|
|
|||
 Jantien ter Haar [I59418], dochter van Jan ter Haar en Aleida Cremers.Geboren 13 dec 1818 Dalen, overleden 05 feb 1899, leeftijd 80 jaar. Beroep: landbouwster. Woonplaats: Nr. 173 Dalen
Gehuwd 30 apr 1847 Dalen, leeftijd 28 jaar, bron: , eigen code: 10 (51 jaar gehuwd) Huwelijks ID nr. 1 (18044) met:  Albert Bloemen [I59381], leeftijd bij huwelijk 25 jaar, zoon van Gerrit Jan Bloemen en Fennigje Visscher.Geboren 22 apr 1822 Dalen, overleden 20 dec 1902 Dalen, leeftijd 80 jaar. Beroep: schoenmaker. Woonplaats: Nr. 173 Dalen
Kinderen:
1.
Gerrit Jan Bloemen [I59425]Geboren 23 nov 1847 Dalen, overleden 17 nov 1914, leeftijd 66 jaar. Beroep: schoenmaker 2.
Johannes Egbertus Bloemen [I59452]Geboren 22 aug 1850 Dalen, bron: , eigen code: 59, overleden 20 mei 1857 Dalen, leeftijd 6 jaar, bron: , eigen code: 219 3.
Fennigje Bloemen [I59429]Geboren 28 nov 1852 Dalen, overleden 15 jun 1927, leeftijd 74 jaar 4.
Jan Bloemen [I59421]Geboren 19 okt 1855 Dalen, overleden 07 okt 1911 Oosterhesselen, leeftijd 55 jaar. Beroep: schoenmaker 5.
Aleida Bloemen [I59433]Geboren 18 sep 1856 Dalen, overleden 08 aug 1929 Coevorden, leeftijd 72 jaar 6.
Johannes Egbertus Bloemen [I59437]Geboren 13 feb 1863 Dalen, bron: , eigen code: 15, overleden 15 jan 1941 Amsterdam, leeftijd 77 jaar. Beroep: onderwijzer / hoofd ener school Ging op 25-05-1877(?) als kwekeling naar Assen. Was vanaf juni 1881 onderwijzer in Zweelo, vanaf 26-04-1889 in Beilen. In de gemeente Beilen werd hij hoofd van de Lagere School in Wijster.Na wijster was hij nog schoolhoofd in Nijverdal, Almelo, feerwerd en Ezinge. In Wijster was hij nauw betrokken bij de in augustus 1889 opgerichte rederijkerskamer "Nut en Genoegen". In een ingezonden stuk in de Provinciale Drentse en Asser Courant waarin de schrijver, een inwoner van Wijster, terugblikte op een geslaagde uitvoering van de rederijkerskamer staat:" ...is deze gunstige uitslag grootendeels te danken aan den ernst en toewijding waarmede de spelers hun taak vervulden, voorzeker moet die ook voor een goed deel worden toegeschreven aan de hulp die de heer J.E.Bloemen, hoofd der school alhier, de leden van't gezelschap steeds verleende. Dat ook de vereeniging die hulp op prijs weet te stellen bewees zij door den heer Bloemen, als blijk van erkentelijkheid, een keurige hanglamp aan te bieden." Volgde de opleiding tot onderwijzer en werkte als zodanig in vele plaatsen. Zijn pensioen haalde hij in Almelo en hij vertrok daarna naar Amsterdam. In 1896 verscheen zijn bundel " Uit het land van Hei en Struiken". Drentsche Novellen en Vertellingen. Ook leverde hij gedichten en verhalen aan de Nieuwe Drentsche Volksalmanak. Zijn hoofdzakelijk Nederlandstalige pennenvruchten kenmerken zich door een romantische inslag. | |||