man‎Abraham Goedewaagen‏‎ [I73655]‎
Gedoopt ‎04 jun 1788 Gouda, overleden ‎± 1861‎, leeftijd ongeveer 73 jaar. Beroep: pijpmaker / grondlegger van de plateel- en aardewerkfabriek Goedewaagen. Woonplaats: Gouda
Goedewaagen werd in 1788 in Gouda geboren als zoon van Tobias Goedewaagen en Lena Voordewind. Zijn vader overleed toen hij circa twintig jaar oud was. Zijn grootvader Dirk Goedewaagen, die een pijpenfabriek in Gouda bezat, werd zijn voogd. Abraham werd opgeleid tot pijpmaker, maar besloot dienst te nemen in het leger van Napoleon.
Hij zou, aldus Duco, de veldtocht naar Rusland hebben overleefd en zijn teruggekeerd naar Gouda, waar hij in 1814 zijn meesterproef als pijpmaker aflegde. Hij begon de pijpfabricage met het merk de Rhijnse wijnroemer, een merk dat ook in het bezit van zijn grootvader is geweest.

Hij trouwde achtereenvolgens met Cornelia Vlak in 1815 en, na haar overlijden, met Teuntje de Mol in 1818. Langzaam maar zeker breidde hij zijn bedrijf verder uit. In 1823 kocht hij een huis Dubbele Kruis aan de Gouwe, waar hij ging wonen en zijn bedrijf vestigde. Twaalf jaar later kocht hij ook het naastgelegen pand, het Huys met de treppen. Zijn bedrijf was inmiddels uitgebreid tot een, voor Goudse begrippen in die tijd, middelgroot bedrijf met negen werknemers. In 1841 werd Goedewaagen benoemd in het bestuur van het pijpengilde.
Door een bedrijfsovername in 1840 werd de firma Goedewaagen & Cie een van de grootste pijpmakerijen in Gouda. In de jaren veertig van de 19e eeuw droeg Abraham meer en meer van het bedrijf aan zijn zonen Pieter en Tobias (grootvader van de nationaalsocialistische politicus Tobie Goedewaagen) over.
De oudste zoon Tobias koos echter een andere richting, hij werd commissionair. De tweede zoon Pieter nam steeds meer zaken van zijn vader over, die na het overlijden van zijn tweede echtgenote in 1849, geestelijk achteruit ging. In januari 1852 werd zijn boedel beschreven en werd hij, vanwege verkwisting, onder curatele van zijn zoon Pieter gesteld. Hij werd vervolgens tegen betaling geplaatst in het Catharina Gasthuis. Goedewaagen zou in 1861 zijn overleden. Waar hij is overleden is niet bekend.

Huwelijk/relatie met:

Kind:
1.
manTobias Goedewaagen‏‎ [I73654]
Geboren ‎21 sep 1818 Gouda, overleden ‎24 sep 1884 Gouda‎, leeftijd 66 jaar. Beroep: oprichter van de bankiersfirma Goedewaagen / pijpmaker / beurtschipper. Woonplaats: Gouda
Goedewaagen werd in 1818 geboren als oudste zoon uit het huwelijk van zijn vader Abraham Goedewaagen met Teuntje de Mol. Aanvankelijk trad hij in de leer als pijpmaker bij zijn vader. Het was diens bedoeling om het pijpmakersbedrijf over te dragen aan zijn oudste zonen Tobias en Pieter.
Tobias besloot echter de beurtvaart op Amsterdam te pachten. Als beurtschipper op Amsterdam vervoerde hij niet alleen goederen, maar ook brieven. Tevens trad hij op als incasseerder van vorderingen. Gaandeweg begon hij met de koop en verkoop van effecten voor bewoners van Gouda en omstreken op de beurs van Amsterdam. In 1849 besloot hij om zich als commissionair in effecten in Gouda te vestigen. Daarmee werd de basis gelegd voor de bank Goedewaagen, die later de naam T. Goedewaagen en Zonen kreeg.
In 1884, het jaar dat de oprichter van de bank overleed, werd het nieuwe bankgebouw aan de Markt van Gouda, gelegen naast het Waaggebouw, betrokken. De bank heeft meer dan een eeuw bestaan en bezat filialen in Boskoop, Oudewater, Schoonhoven, Woerden en Zoetermeer. Uiteindelijk zou de bank overgenomen worden door de Rotterdamsche Bank.

Goedewaagen trouwde in 1845 met Anna Maria Catharina Reisiger. Na haar overlijden hertrouwde hij in 1850 met Carolina Thomas. Zijn zonen Pieter, Karel Gustaaf en Cornelis Tobie werden alle drie bankier. Pieter zette het bankbedrijf van zijn vader voort. De beide jongere broers Karel Gustaaf en Cornelis Tobie richtten in Amsterdam de Incasso Bank op. De nationaalsocialistische politicus Tobie Goedewaagen was een zoon van Cornelis Tobie.