woman Rintsje Syrtsema "Rintsje"‏‎ #72161‎
Geboren ‎± 1480, overleden ‎± 1515‎, ongeveer 35 jaar

Gehuwd ‎± 1500 (ongeveer 15 jaar gehuwd)
Huwelijks ID nr. 2 (21783)

met:

man Pier Gerlofs "Pier" Donia‏‎ #72160‎, zoon van Gerlof Piers "Ger" Donia en Fokel Sybrants Bonga‏.
Alias: Grote Pier / Grutte Pier / Greate Pier, geboren ‎± 1480 Krimswerd, overleden ‎28 okt 1520 Sneek‎, ongeveer 40 jaar. Beroep: landbouwer / Friese krijgsheer / vrijheidsstrijder / kaper / zeerover. Woonplaats: ‎± 1515 boerderij "de Osingastate" Krimswert, Friesland
Pier geniet de reputatie van een legendarische krijger en een belangrijk e historische figuur in de geschiedenis van Friesland en wordt daarom oo k vermeld in de Canon van Friesland. In diverse bronnen worden hem een r eusachtige gestalte en een bovenmenselijke kracht toegeschreven. Pier e n zijn neef Wijerd Jelckama waren de aanvoerders van het rebellenleger d e Arumer Zwarte Hoop (Gelderse Friezen) bij de Tweede Belegering van Med emblik in 1517.

Levensloop
Pier Gerlofs Donia werd rond 1480 geboren, zijn exacte geboortedatum i s onbekend. Zijn vader was een telg uit een boerengeslacht en zijn moede r was afkomstig uit de landadel.

De graven van Holland wilden rechten op Friesland laten gelden. Ze viele n Friesland diverse malen aan, wat onder andere in de bezetting van Stav oren resulteerde.

Pier was boer te Kimswerd. Hij was getrouwd en had een zoon Gerlof en ee n dochter Wobbel. In 1515 werd de boerderij van Pier Donia door een groe p Saksische huurlingen in dienst van deze graven geplunderd en in bran d gestoken. Ze doodden de vrouw van Pier, evenals vele dorpsgenoten en a ndere familieleden. Pier had zijn gehele bezit verloren en begon te roep en om een strijd tegen wat hij zag als de bezetter: Georg van Saksen di e toen de gouverneur van Friesland was. Hij richtte te Arum een leger o p genaamd de Arumer Zwarte Hoop. Deze troepenmacht bestond voornamelij k uit arme boeren, verarmde edelen etc. Later zouden vele Gelderse huurl ingen zich bij hen voegen met als gevolg dat ze tevens de bijnaam "Gelde rse Friezen" kregen toebedeeld van hun vijanden, hetgeen zij als een geu zennaam gingen gebruiken. Hun opdrachtgever was de hertog van Gelre, Kar el van Gelre.

Onder de leiding van Grote Pier opereerde de Arumer Zwarte Hoop tevens a ls een kapervloot op de Zuiderzee waar zij Hollandse schepen en steden p lunderden.

Vermoedelijk is hij de oom van Wijerd Jelckama, die hem opvolgde als lei der van de Arumer Zwarte Hoop na Piers dood in 1520 en vermoedelijk al e erder.

In de grootste zeeslag uit zijn loopbaan wist Pier 28 Hollandse schepe n te kapen. De 500 bemanningsleden die levend in handen van de Friezen v ielen, werden zonder pardon overboord geworpen. De Hollanders gaven Pie r de bijnaam "Kruis der Hollanders", een naam die hijzelf maar al te gra ag gebruikte. Pier was een veelbesproken figuur en zelfs Erasmus heeft o ver hem geschreven, zij het in negatieve bewoordingen. De Friese krijgsh eld ligt begraven in de Martinikerk van Sneek.

Omschrijving
De 19e-eeuwse historicus Conrad Busken Huet schreef het volgende over Gr utte Pier
"Hij was een boom van een kerel, donker van gelaat, breedgeschouderd, me t een lange zwarte baard, van nature een ruw humorist, door de omstandig heden in een grote wreedaard herschapen. Uit persoonlijke wraak over blo edig onrecht, wat hem is aangedaan (in 1514) met het doden van bloedverw anten en de vernietiging van zijn eigendom, werd hij een vrijheidsstrijd er."

Deze beschrijving stamt uit de geschriften van de mysterieuze biograaf v an Donia, Petrus Thaborita. Thaborita zelf omschrijft hem als een 'Grot e swarte man met grote ogen' Het opvallende uiterlijk van Pier trok vaa k de aandacht van zijn tijdgenoten. Zijn donkere gelaat en woeste uitstr aling in combinatie met zijn "angstaanjagende donkere ogen, als kolen z o groot", joeg hen grote schrik aan, zowel op het slagveld als daarbuite n. Met name wanneer Pier boos was, was hij naar verluidt erg angstaanjag end.

Achtergrond (strijd)
Aan het eind van 15e en het begin van de 16e eeuw probeerden de Bourgond iërs (onder anderen Karel de Stoute) en hun opvolgers de Habsburgers (ke izer Maximiliaan I en zijn opvolger/kleinzoon keizer Karel V) hun (erf)g rondgebied in de Nederlanden uit te breiden. Zij hadden reeds de Zuideli jke Nederlanden en Holland en Zeeland onder controle, maar trachtten oo k de rest van dit gebied te veroveren. Dat leverde allereerst strijd o p om de bezetting van de bisschopszetel van Utrecht, die ook ging over h et wereldlijk gezag over het Sticht (Utrecht) en het Oversticht (Overijs sel, Drenthe en Groningen). Daarna volgde de strijd om de inlijving va n Gelre (Gelderland) en het min of meer "vrije" Friesland. Om de hande l van de Friezen en de rijke Hanzesteden aan de IJssel (Gelre en Oversti cht) te dwarsbomen werden aan de Hollandse en Zeeuwse koopvaarders doo r het in Brussel gevestigde Bourgondische en vanaf 1500 Habsburgse bestu ur kaperbrieven uitgegeven. Te land werden van 1502 tot 1543 de over dri e periodes gespreide Gelderse oorlogen uitgevochten tussen enerzijds d e Habsburgers en anderzijds de Geldersen (onder aanvoering van o.a. Maar ten van Rossum) en de Friezen. Gelre sloot daarbij een alliantie met d e Franse koning, die in die tijd ook in oorlog was met de hem omringend e Habsburgse macht (Spanje/Italië/Duitsland/Bourgondië/Nederlanden).

Mythe
Omtrent zijn figuur is in ruim vijf eeuwen een uitgebreid arsenaal sage n ontstaan en het is moeilijk te zeggen wat hiervan op waarheid berust e n wat niet. "Grote Pier" is bij uitstek ook een voorbeeld van hoe geschi edschrijving of volksoverlevering vanuit één kant een nuchtere (wetensch appelijke) historische kijk kunnen vertroebelen. In de in Nederland ster k overheersende "Hollandistische" beeldvorming van de geschiedenis word t hij over het algemeen neergezet als een losbandige plunderaar en woest eling (een beeld dat bijvoorbeeld ook nadrukkelijk uit de beroemde telev isieserie "Floris" uit 1969-1970 naar voren komt). In die serie wordt hi j overigens Lange Pier genoemd. Van Friese kant wordt hij meer als een e chte krijgsheer en held beschreven. Vanuit een meer nuchter algemeen Ned erlands standpunt kan hij in ieder geval gezien worden als iemand die o p een vroeg moment in de 16e eeuw zich (al) verzette tegen (de vestigin g van) het Habsburgse gezag, zoals zo'n 50 jaar later de Hollandse en Ze euwse Geuzen ook op eenzelfde wijze zouden doen.

Sagen
Aan Pier wordt een reusachtige gestalte en een bovenmenselijke kracht to egeschreven (zie de anekdote aan het einde van dit artikel). Hij zou mun ten tussen duim en wijsvinger hebben kunnen buigen. Ook zou hij volgen s de legende een paard van ongeveer 1000 toenmalige Trooise ponden (49 2 kg) op de schouders hebben genomen.

Bronnen schrijven hem veelal een lengte van zeven voet toe. Ervan uitgaa nde dat men hier over Friese voeten spreekt, staat dit, in moderne lengt ematen uitgedrukt, gelijk aan 2 meter 8. Pier wordt ook gezien als beden ker van het sjibbolet "Bûter, brea en griene tsiis, wa't dat net sizze k in, is gjin oprjochte Fries" wat zoveel betekent als: "Boter, roggebroo d en groene kaas, wie dat niet zeggen kan is geen oprechte (ware) Fries " (Uitspraak: (Geluidsfragment voorbeeld (info / uitleg)). Hij zou dat h ebben gebruikt om na te gaan of de opvarenden van schepen op de Zuiderze e wel Fries waren. Was dat niet het geval, dan zouden ze onverbiddelij k door Pier met zijn enorme zwaard onthoofd zijn en werd hun schip geplu nderd. Volgens zijn Hollandse tegenstanders had hij tevens de gewoonte o pgevat Hollandse opvarenden overboord te gooien.

Volgens de sage droegen Grutte Pier en zijn mannen de buit van de geplun derde schepen af aan hertog Karel van Gelre, die steun in de strijd tege n de Hollanders had toegezegd. Toen bleek dat Karel in 1517 zelf een mac htspositie in Friesland probeerde te verwerven, was Pier zo teleurgestel d dat hij zich in 1518 uit de strijd terugtrok. Zijn laatste jaren brach t hij door in Sneek, waar hij op 18 oktober 1520 in zijn bed overleed. H ij werd in Sneek in de Grote Kerk begraven. Door Petrus Thaborita, een s tads- en tijdgenoot van "Pyer" is een necrologie geschreven, waarbij d e dood van Pier door hemzelf voorspeld zou zijn. De graaf van Nychlenbor ch, zijn oude vijand, zou hem vlak voor zijn dood gevraagd hebben waar h ij heen wilde. Pier zei toen: "Nae Myn Heer ta" - "naar mijn heer toe".

Fivefal
De Grote Pier was een heel sterke kerel. Op een dag was hij aan he t ploegen, het was een oude ploeg met een houten balk. Er kwamen vijf st erke mannen naar hem toe om met hem te vechten, omdat ze van hem hadde n gehoord en wilden weten of hij echt wel zo sterk was. Dus vroegen ze a an de boer die aan het ploegen was, of hij wist waar Grote Pier woonde . De boer maakte het paard dat de ploeg trok los, pakte de ploeg bij he t handvat, tilde deze op en wees ermee naar een boerderij. "Daar woont h ij ...", zei hij. Daarna sloeg hij zichzelf op de borst en zei: "... e n hier staat hij". De vijf sterke mannen waren zo verbaasd, dat Pier d e ploegstok pakte en hen tegen de grond sloeg. Tegen iedere man zei hij : "Val" en daarom heet deze plek nog steeds: Fivefal (vijfval).

Friese versie
Een Friese versie van het DOC Volksverhaal (Meertens Instituut) luidt:

Greate Pier wie in hiele sterke keardel. Op in kear wied er us oan 't pl oeijen. Hy hie 't hynder foar de ploege spand. 't Wie noch in âlderwetsk e ploege mei in houten balke. Doe kom der in fremde man op him ta en d y frege: "Wite jo hwer't greate Pier wennet?" Doe sloech Pier it hynde r foar de ploege wei. En hy naem de ploege yn 'e rjochterhân en tilde hi m in ein fan 'e groun en doe wiisde er mei de ploege op in hûs. En hy se i: "Sjoch, dêr wennet er." Mei de oare fûst sloech er himsels op it boar st en sei: "En hjir stiet er."

Een vergelijkbaar verhaal wordt in Groningen verteld van Dubbele Arend v an Meden en in de Achterhoek van 'Starke Nicoloas'.

Voorzegging
Al was Grote Pier van oorsprong een landman, zijn hart ging steeds m eer uit naar de zee. Maar op een dag zei een waarzegster hem dat de ze e zijn dood zou worden. Met pijn in zijn hart stopte Pier met zijn strij d op de Zuiderzee, en ging in Sneek wonen. Maar hij kon niet aarden in d e stad; hij werd langzaam verteerd door zijn verlangen naar de zee, en d rie jaar later stierf hij. De zee was toch zijn dood geworden.

Zwaard
Ook zou Grutte Pier veldslagen domineren met zijn reusachtige zwaard. Di t stalen slagzwaard, waar recentelijk een exacte replica van is gemaakt , was 2,13 meter lang en woog 6,6 kilo. Volgens de overlevering kon hi j met dit zwaard de hoofden van meerdere vijanden tegelijkertijd afhakke n. De meeste andere strijders waren in theorie "slechts" in staat per sl ag één hoofd te scheiden van de romp. In de praktijk lag deze score waar schijnlijk nog lager en moesten minder getalenteerde strijders meerder e hakbewegingen maken alvorens het gewenste resultaat was bereikt. De ho ge mate van efficiëntie die Grutte Pier tijdens veldslagen kon tentoonsp reiden, verschafte hem een tactisch voordeel ten opzichte van zijn tegen standers. Na Piers dood nam zijn neef Wijerd Jelckama het bevel over zij n troepen over en ook het zwaard van zijn oom kreeg Wijerd in zijn bezit . Dit vermeende zwaard van Grutte Pier hangt tegenwoordig (anno 2008) i n het Fries Museum te Leeuwarden. Ook in de ontmoetingsruimte van Pier S tee, het dorpshuis in zijn geboortedorp Kimswerd hangt 'het enige echt e zwaard van Greate Pier'. Zijn helm wordt bewaard in het stadhuis van S neek.

Kinderen:

1.
man Gerlof Donia‏‎ #72162‎
2.
woman Wobbel Donia‏‎ #72163‎