man Johannes "Jan" de Meijer‏‎ #75269‎, zoon van Cornelis "Cees" de Meijer en Adriana "Jaan" van Seeters‏.
Geboren ‎31 dec 1894 Raamsdonk, overleden ‎25 feb 1970 Geertruidenberg‎, 75 jaar. Beroep: schipper / grondwerker. Woonplaats: ‎na 1930 Koningstraat 70 Raamsdonksveer

Gehuwd ‎24 jul 1919 Raamsdonk, bron tekst: Akte (50 jaar gehuwd)
Huwelijks ID nr. 2 (22727)

met:

woman Anna Petronella "Aantje" Wintermans‏‎ #75270‎, dochter van Adriaan Wintermans en Huiberdina van der Pluijm‏.
Geboren ‎13 feb 1894 Raamsdonk, overleden ‎17 aug 1971 Raamsdonksveer‎, 77 jaar. Woonplaats: ‎na 1930 Koningstraat 70 Raamsdonksveer

Kinderen:

1.
woman Adriana Petronella Maria "Sjaan" de Meijer‏‎ #75294
Geboren ‎19 sep 1920 Raamsdonk, overleden ‎18 feb 2000 Geertruidenberg‎, 79 jaar
2.
woman Huiberdina Cornelia Petronella "Dina" de Meijer‏‎ #75296
Geboren ‎22 nov 1921 Raamsdonk, overleden ‎08 jan 2014 Raamsdonksveer‎, 92 jaar, begraven ‎12 jan 2014 Raamsdonksveer OLV Hemelvaart
3.
woman Cornelia Adriana "Corrie" de Meijer‏‎ #75298
Geboren ‎06 mrt 1923 Raamsdonk‎
4.
woman Petronella Adriana "Nel" de Meijer‏‎ #75300
Geboren ‎11 aug 1924 Raamsdonk. Woonplaats: Raamsdonk
Oorlogsverhaal van Nellie van Seeters - de Meijer

Dag één van de oorlog
Het was in het jaar 1940, vrijdag de 10e mei, dat wij in Raamsdonksveer , aan de Koningstraat nummer 70, allen wakker werden van een hels lawaai . Het leek wel één gróte bijenzwerm. Uit het bed, aankleden en naar buit en. Het was vijf uur in de morgen en de zon scheen al volop. Het zou ee n mooie lentedag worden. We zagen niks en hoorden alleen maar gegrom. To en zei vader: "O God, o God, nú is het oorlog. Dat zijn Duitse vliegtuig en die héél hoog zitten". En hij had gelijk. Hij had namelijk in de Eers te Wereldoorlog vier jaar aan de Belgische grens gelegen, om die te bewa ken, en daar hadden ze wel meer meegekregen. Dat gegrom heeft úren geduu rd, een rot geluid.
Uiteindelijk vlogen ze naar Rotterdam en bombardeerden ze de stad haas t finaal plat, maar dat hoorden we pas later. Ook Den Haag was een doelw it, maar dat ging niet gemakkelijk. Daar heeft het leger behoorlijk verz et getoond. Dat was bij ons de eerste dag van de Tweede Wereldoorlog.

Dag twee, 11 mei 1940
Allen waren we weer vroeg uit bed. Het weer was goed, volop zon, en he t was erg stil. Vader had angst in zijn ogen en zei tegen ons: "Nu zij n we bezet". Daar snapten wij ook al niets van, maar vader des te meer . Het was al druk op straat. Alle mensen waren aan het hamsteren. Ook mo eder en wij moesten mee. Zoveel mogelijk in huis halen, want je wist nie t wat je te wachten stond. De dag verliep verder goed.

Dag drie, 12 mei 1940
Het was Pinksteren en wéér scheen de zon. Allemaal naar de kerk, want da t was de gewoonte. De dienst was afgelopen en buiten stonden overal groe pjes mensen te praten. Natuurlijk over de oorlog. We konden het niet gel oven. Verder verliep de eerste pinksterdag goed. Het was wel erg rusti g op straat. Ieder moest er zelf een draai aan geven en wachten wat er o p ons afkwam.
Bang waren we wel. Zéker vader!

Zwarte maandag, en de tijd daarna
Tweede pinksterdag, de 13e mei en vierde oorlogsdag, waren we allemaal w eer vroeg op, want we moesten naar de kerk. Het weer was schitterend e n de zon scheen volop aan een strakke blauwe hemel. Het was stil, net o f er niets aan de hand was, maar dáár kwamen wij wel achter. Moeder wa s zoals altijd weer een lekker potje aan het klaarmaken. Tegen twaalf uu r gingen we aan tafel en we hadden alles net aan de kant toen er rond éé n uur werd geschoten. "Allemaal de kelder in", zei vader. De aardappele n waren er net uit en de kelder was goed schoongemaakt. Moeder had sne l nog wat eten en drinken gehaald, want we wisten niet hoe lang dat ko n gaan duren. Allemaal waren we in de kelder toen er opeens weer werd ge schoten. Nu niet een enkel schot, maar een regen van kogels werd in onz e straat afgevuurd. Het was een enorm geweld, want die kogels ketsten te gen de huizen en overal zagen we later kogelgaatjes. Zo waren de Duitser s, de moffen, op héél het dorp Raamsdonksveer bezig en dat heeft úren ge duurd.

Opeens werd het stil. Wij uit de kelder, maar niemand durfde naar buiten . De angst had ons goed te pakken. Even later kwam mijn zus Dina aan hui len. De familie van oom Nol de Meijer en tante Tonia was zwaar getroffen . Keesje, mijn neefje van twaalf jaar oud, was doodgeschoten. Mijn zeven endertig jaar oude oom Arnold was zwaargewond en moest naar het ziekenhu is. Keesje moest daar ook naar toe. Oom Nol moest er blijven, want hij h ad veel bloed verloren. Tante Tonia, toen drieëndertig, kreeg een zenuwi nzinking.

Naar huis konden zij niet, want daar was alles kapotgeschoten. Geen rui t was er nog heel. Er moest nu geholpen worden en vader nam het voortouw . Hij kwam uit een groot gezin met vijf meisjes en vijf jongens, waarva n de jongste broer nu zwaar getroffen was. Vader ging de overige drie ge broeders optrommelen, maar ze hadden allemaal wel iets. Grote gezinnen e n zo. Toen heeft vader de knoop doorgehakt en zei: "Jullie komen naar ón s!". Moeder stond er helemaal achter.

En zo kwam oom Nol op een platte kar met dekens erop naar ons. Ze ware n allemaal lamgeslagen, en wij ook. De moffen liepen overal. Oom Nol bib berde van ellende en moest van de moffen ondanks alles ook nog zijn hand en omhoog steken. Zo kwam de familie Arnold de Meijer bij ons aan. Intus sen waren er in de buurt al maatregelen genomen. Ze kwamen meteen in act ie. Overbuurvrouw Fieke had al gezorgd voor een bed met alles erop en er aan, zodat hij kon rusten, maar hij was meer dood dan levend, de stakker . Tante Tonia stond op het punt om gek te worden. Ze huilde veel en rie p steeds maar: "Keesje, Keesje, Keesje". Oom Nol had vreselijke pijn, ma ar je hoorde hem nooit klagen. Hij miste natuurlijk óók zijn zoon Keesje . Elke dag kwam de dokter en een verpleegster. Die zuster Heikant wist v an wanten. Zij heeft hem heel goed verzorgd. Ook moest ze de elfjarige M ientje verplegen, want die had een grote wond op haar scheenbeen. Elke d ag huilde ze daarbij van de pijn. Tante Tonia liep als wezenloos rond e n zat heel veel bij oom Nol aan zijn bed. De jongste kinderen Jan en Jaa ntje, negen en zes jaar oud, liepen zomaar wat rond en er kwam geen woor d uit. Die moesten ook hun verdriet zien kwijt te raken.

Maar de tijd gaat door, die staat nooit stil en zo langzaamaan begon tan te Tonia weer een beetje bij zinnen te komen. Er kwam elke dag wel famil ie over de vloer zodat ze wat afleiding hadden. Oom Nol vond het ook fij n, maar die angst van de 13e mei had hij nog steeds in zijn ogen. Het le ven ging verder. De kinderen gingen weer naar school en ook kwam er wee r wat leven in de brouwerij. Zuster Heikant was elke morgen present. Da n kwam ze de wonden verzorgen. Dan zag ik wel eens dat oom Nol ineenkrom p van de pijn. Hij had zo'n grote wond, daar kon je een glas water in ze tten. Maar er werd af en toe ook wel weer een keertje gelachen. Dat kwa m meestal door zuster Heikant. Dan had ze weer een mooie bak te vertelle n. Dat kon ze goed en dan werd er gelachen. Misschien was het wel een go ede therapie.

Wel hadden we ineens een heel groot gezin. We waren met z'n veertienen e n dat moest allemaal eten en slapen. Ik neem mijn petje af voor wat vade r en moeder gedaan hebben. De dagen en weken gingen verder. Héél langzaa m kwam er wat verbetering in de toestand van oom Nol. Met één ding hadde n we geluk: het mooie weer. Elke dag volop zon en dan kon de deur openst aan. Meestal kwam er bezoek. Of wel in de middag, of in de avond en da t vonden oom Nol en tante Tonia fijn. Dan hadden ze weer wat andere praa t bij een bakske koffie of thee. Zondags kwam de familie Bouwens, van ta nte Tonia, met de fiets uit Den Bosch om ze te steunen. Moeder maakte zo als altijd op zondag een lekker potje eten klaar. Dan mochten de gaste n samen met oom Nol en tante Tonia in de kamer eten. Dat vonden ze hee l fijn. In de keuken zaten we met nog tien man, maar dat ging heel goed . Zo kwamen we de dagen, weken en maanden door. Ik ben blij dat ik heb m ogen helpen. Oom en tante hadden het alléén niet klaargespeeld. Vader e n moeder hebben hun best gedaan. Daar ben ik heel trots op.

Keesje was dood en moest worden begraven. Oom Nol lag zwaargewond op bed . Tante Tonia kon het niet aan en bleef bij oom Nol. Vader is Keesje me e gaan begraven. Dat was ook een harde noot voor hem. Het was de eerst e keer dat ik vader zag huilen

Veranderingen
Het einde van de oorlog was nog lang niet in zicht en de bevrijding va n Nederland zou vijf jaar op zich laten wachten. In het begin merkte j e nog niet zoveel van de bezetting. Na die vreselijke pinksterdagen wa s het gewoon rustig, maar het leven werd wél anders. Er kwamen allerle i bevelen van de moffen, zoals bijvoorbeeld de invoering van het persoon sbewijs (PB)
Iedereen vanaf vijftien jaar kreeg zo'n PB en moest dat altijd bij zic h hebben, vanwege de controles die om de haverklap werden gedaan.Er werd en nieuwe wetten ingesteld en alle levensmiddelen gingen "op de bon". Ge zinnen met kleine kinderen kregen extra. Dat was er bij ons niet bij, on danks dat moeder ernstig ziek was. Zij heeft altijd reuma gehad, maar z o erg als toen was het nog nooit geweest. Dat kwam doordat ze te weini g vitaminen binnenkreeg. Ik zie haar nog zitten bij het hoekraam met haa r handen helemaal krom.

Lichtpuntjes in alle ellende

Elke dag kwam vrouw Blom op bezoek en dat was fijn voor moeder. Vrouw Bl om had veel verdriet en ze moest daarover met iemand kunnen praten. Haa r jongste zoon Jaap was gedwongen, als zo velen, aan de Maas bij Keizers veer in de zandwinning te werken. Vader had mijn broer Kees verstopt, an ders had hij er ook heen gemoeten. Dit was natuurlijk bloedlink. Op ee n dag werden er brandbommen afgeworpen boven de zandbergen en daarbij i s de zoon van vrouw Blom bedolven onder het zand en om het leven gekomen . Mijn neef Kees heeft het daar overleefd. Hij is eruit kunnen kruipen . Vrouw Blom kon het thuis niet alleen aan, daarom kwam ze zo vaak bij o ns. Bij het uitbreken van de oorlog zat haar oudste zoon bij de Nederlan dse Marine en ze wisten niet waar hij was. Uiteindelijk bleek hij in Eng eland te zitten, want een groot deel van de vloot was hals over kop over gestoken naar Engeland, toen de strijd tegen de Duitsers voor ons land f out ging aflopen. Wij wisten dit natuurlijk niet, totdat er allerlei ber ichten door begonnen te sijpelen via Radio Oranje in Londen. De famili e Blom kwam er op die manier achter, dat hun zoon en broer veilig in Eng eland verbleef. Nu werd al gauw door de Duitsers het bevel gegeven dat a lle radio's moesten worden ingeleverd. Maar niet iedereen deed dat. Oo k de familie Blom niet en zo konden ze stiekem in hun kelder af en toe w at berichten uit de vrije wereld opvangen. Vrouw Blom kwam echter niet a lleen om met moeder over haar verdriet te kunnen praten. Want dit moet i k zeggen van vrouw Blom: zij heeft ervoor gezorgd dat moeder bij een dok ter Hoeps in Breda voor haar reuma behandeld is met goudspuiten. Zo'n be handeling kon gevaarlijk zijn, maar het liep gelukkig allemaal goed af e n moeder is er toch redelijk van opgeknapt. Ze is nooit helemaal meer "d e oude" geworden, maar ze heeft ondanks dat nog vele jaren mogen leven e n haar kleinkinderen kunnen zien opgroeien.

Meer beproevingen
We zaten intussen misschien al in het derde oorlogsjaar en het werd stee ds grimmiger. 's Winters moest alles verduisterd worden. De straatlantaa rns brandden dan in de nachtelijke uren maar op een laag pitje. Wij hadd en geluk dat er bij ons luiken voor de ramen zaten. Mensen die géén luik en hadden, moesten alle ramen met zwart papier afplakken. De eerste twe e winters in de bezettingstijd waren bijzonder streng geweest, met tempe raturen van vér beneden nul en telkens een enorm pak sneeuw, dat maande n bleef liggen. Veel mensen zagen eruit als "vel over been", totaal afge zwakt. De enigen die profiteerden van de situatie waren de boeren, wan t de zwarte handel floreerde als nooit tevoren. Als je in dit circus me e wilde draaien moest je wel héél véél geld hebben, anders viel je simpe lweg buiten de boot.

Langzaamaan merkten wij dat er iets stond te gebeuren. Op straat moest j e steeds vaker je persoonsbewijs laten zien en vader en moeder waren er g bang. De Duitsers kwamen weer met andere bevelen. Er werd een avondklo k ingesteld. Na acht uur 's avonds mocht niemand meer op straat zijn, an ders werd je opgepakt en moest je maar afwachten wat er ging gebeuren. V erzet was er óók. Die mensen gingen er 's avonds en 's nachts wél op uit . Zij wisten goed wat er kon gebeuren en hebben dat soms met hun leven m oeten bekopen. De Duitsers werden steeds grimmiger en misschien voelde n zij inmiddels nattigheid. Vader zei "er broeit wat", want hij kreeg va ak de krant. Op straat kon je nog veel meer opvangen. Daar moest je we l goed bij opletten, want samenscholingen waren natuurlijk verboden. Lev ensmiddelen waren er bijna niet meer te krijgen. Surrogaat was nog het e nige dat te koop was, niets meer dan pure rotzooi.

We kregen berichten dat de Engelsen en de Polen in aantocht waren en o p een dag begonnen plotseling de sirenes te loeien. Er werd bekendgemaak t dat iedereen naar de schuilkelders moest, en wel snél, snél. We moeste n allemaal kleren meenemen en kwamen terecht bij de nonnen. In de schuil kelder zaten honderden mensen bij elkaar, jong en oud, en daar ging he t op een gebrul en gekrijs van kleine kinderen. Opeens was er een hels k abaal, ik denk dat er een granaat of bom was ingeslagen. Zus Buijks, ee n nicht van onze pa Nico, had in de kelder voorheen zitten vloeken en ti eren van jewelste. Tot die klap viel. Heel benepen piepte Zus toen: "O . moeder Maria, help ons!".
Nog een paar dagen moesten we daar blijven tot we eindelijk weer naar hu is mochten. Wat waren we blij om weer naar buiten te kunnen, want het st onk vreselijk in die schuilkelder.

't Veer bevrijd!
Aan ons verblijf in de schuilkelder bij de nonnen hadden we niet zo'n go ede herinneringen overgehouden. Een paar dagen later loeiden de sirene s opnieuw en weer moesten we vluchten. Ditmaal kwamen we terecht op he t Sandoel, bij een bakker waar mijn zwager Jan van Kuijk werkte. Hij ha d ervoor gezorgd dat wij een plaatsje kregen in de grote kelder onder d e bakkerij. Maar de toestand was hetzelfde als de eerste keer. Er ware n veel huilende kinderen en angstige oude mensen. Het was intussen nach t geworden en de sfeer in de schuilkelder werd steeds drukkender, want b uiten werd veel geschoten. In die bange uren zijn er nog twee Veerse jon gens op het Sandoel door de moffen vermoord, omdat ze bij het verzet zat en. De Duitsers waren overal en probeerden uit alle macht stand te houde n, maar het was óver voor de moffen. Die nacht zijn ze door de Engelse n overmeesterd. Plotseling was het volkomen stil, maar wij moesten in d e schuilkelder wachten tot het ochtend werd, want buiten was het nog ste eds levensgevaarlijk.
Het moment kwam dat we naar buiten mochten en dáár waren de Engelsen! He t gevoel om eindelijk weer vrij te zijn was ongelooflijk. Deuren ginge n overal open, iedereen was blij, er werd gezongen en vlaggen werden uit gestoken. De Engelsen hadden sigaretten en chocola bij zich en deelden v olop uit. Dat viel wel in de smaak na al die jaren vieze surrogaat. Stee ds meer mensen stroomden de straat op en wat wij in jaren niet hadden ge zien of gehoord, daar kwam warempel de harmonie opduiken. De hele meut e ging er achteraan, iedereen was uitgelaten en de stoet werd steeds lan ger. Jong en oud, arm of rijk, iedereen hoste mee en ik zat daar natuurl ijk ook tussen. We zongen veel vaderlandse liedjes en bleven maar hossen . Niet één kroeg gingen we binnen, want het hele feest speelde zich op s traat af. Dié dag kwam ik pas om twee uur 's nachts thuis aan. De eerst e dagen van de oorlog, met dat drama in onze familie, heb ik heel inten s beleefd, maar de bevrijding was ook iets om nóóit te vergeten.

Najaar 1944
Het zuiden van het land was bevrijd, maar we zaten wél in de frontlinie . De moffen lagen aan de andere kant van de Maas bij Keizersveer en elk e avond, zo rond vijf uur, begonnen ze te schieten. Bij ons zaten de Eng elsen en die knalden nog harder terúg. Toch hebben de Duitsers nog een r otstreek uitgehaald, want in die dagen gooiden ze nog even onze kerk pla t. Dat gaf een enorme ravage en het puin lag over heel Raamsdonksveer. D eze voltreffer bracht een triest gevoel onder de mensen, want het was zo 'n mooie kerk geweest. Vele maanden duurde de bezetting nog in het noord en van Nederland. Terwijl wij al bevrijd waren, begon voor de mensen bov en de grote rivieren misschien wel de zwaarste periode van de hele oorlo g. De hongerwinter brak aan en velen hebben het niet gered. Ook wij hadd en familie in Utrecht, die toen een hele moeilijke tijd heeft gehad, maa r dat hoorden we pas na de capitulatie in mei 1945.

Het leven ging door
Ik had er toen natuurlijk geen flauw benul van dat mijn toekomstige echt genoot en levenspartner Nico in dié winter, op klompen, samen met ander e jonge Nederlanders vertrokken is vanuit bevrijd Nederland, om zich i n Engeland nog tijdens de oorlog aan te melden bij de Nederlandse Marine . Pas drie jaar later zou ik hem voor het eerst ontmoeten op een feest d at de familie Van Seeters in Goirle gaf, om te vieren dat hun zoon en br oer Nico behouden was teruggekeerd uit voormalig Nederlands-Indië. Mij n nicht Jeanne van Seeters had mij daarheen als gast meegenomen. Op 12 j anuari 1945 is Nico in dienst getreden, zoals blijkt uit zijn ontslagbri ef.

Bron: Nellie van Seeters de Meijer
5.
man Cornelis Adrianus "Cees" de Meijer‏‎ #75302
Geboren ‎24 aug 1926 Raamsdonk‎, 97 jaar
6.
man Adrianus Johannes Joseph "Jos" de Meijer‏‎ #75304
Geboren ‎13 mrt 1929 Raamsdonk, overleden ‎12 dec 2014 Raamsdonksveer‎, 85 jaar, begraven ‎16 dec 2014 Raamsdonksveer OLV Hemelvaart. Woonplaats: Raamsdonk
7.
woman Maria Anna "Ria" de Meijer‏‎ #75307
Geboren ‎17 apr 1930 Raamsdonk, overleden ‎06 mei 2020 Gorinchem corona‎, 90 jaar
8.
woman Anna Petronella de Meijer‏‎ #75308‎
Geboren ‎17 nov 1931 Raamsdonk, overleden ‎31 dec 1931 Raamsdonk‎, minder dan 1 jaar oud