Alias: Jozef Victor, eigen code: school, geboren ‎31 mei 1897 Stoppeldijk‎, bron: Akte, eigen code: 19, overleden ‎10 mrt 1961 Raamsdonksveer‎, leeftijd 63 jaar, bron: Akte, eigen code: 16. Beroep: Hoofd R.K. Lagere Landbouwschool. Woonplaats: Julianalaan 105 Raamsdonksveer (‎± 1940)
Joos kwam uit een echte onderwijzersfamilie. Zijn vader was onderwijzer en schoolhoofd op de "normaalschool" (later kweekschool) in Stoppeldijk (Zeeland). Bijna al zijn broers en zussen zaten ook in het onderwijs c.q. waren hoofd van een school, verspreid over heel Nederland.

Joos kwam via Dreumel en Hoeven in 't Ginneken terecht.In augustus 1927 trouwde hij in Princenhage met Cornelia Antonia Christina Voeten.Joos werkte als onderwijzer op een lagere school in het Ginneken en gaf 's avonds landbouwlessen in de omgeving. Via de NCB werd hij gevraagd om in 1938 schoolhoofd te worden van de R.K. Lagere Landbouwschool in Raamsdonk.

In eerste instantie bleef het gezin in 't Ginneken wonen; Joos heeft ongeveer een jaar naar Raamsdonk gefietst. Toen kreeg hij last van reuma en adviseerde zijn huisarts om te verhuizen. Ze konden kiezen tussen het huis van onderwijzer Hommel in Raamsdonk of een gemeentewoning aan de Julianalaan 105 in Raamsdonksveer. Er werd voor het huis aan de Julianalaan gekozen. Dit betrof het hoekhuis van de gemeentewoningen die naast de te bouwen landbouwschool stonden.De onderwijzerswoning en de school zijn door architect De Bever getekend. De Bever was net als Joos Castenmiller een Zeeuw. Toch was Castenmiller niet tevreden over de woning; hij vond het een "stijf" huis.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was neef Joos de Rijk uit Zeeland bij de familie Castenmiller ondergedoken. Hij ging regelmatig tabak rijgen bij Willem Zijlmans op 't Hoge Veer. Vaak nam hij Ria mee naar de boerderij. Ze liepen dan altijd via de vonderkes. Deze begonnen naast het huis van de heer Kramer die op de hoek van de gemeentewoningen, op Julianalaan 86 woonde, tegenover het Rehoboth. Op de andere hoek woonde zuster Heijkant. Elke keer mochten ze 2 liter melk mee naar huis nemen, waar ze erg dankbaar voor waren. Telkens als ze in de kelder moesten schuilen, nam vader een houweel mee de kelder in. Mocht de boel instorten, dan hoopte hij zich in ieder geval een weg naar buiten te kunnen banen.

In 1942 overleed zoontje Wim op 4-jarige leeftijd en in 1945 bezweek moeder Castenmiller aan een aneurysma.Joos hertrouwde in 1947 met Riet Zomers, een nicht van zijn aangetrouwde oom.